Bijleenregeling

Als je je woning verkoopt wordt met de opbrengst daarvan eerst je hypotheek afgelost. Het geld dat je dan overhoudt, heet overwaarde. De overheid wil graag dat je de overwaarde van je oude woning gebruikt voor de financiering van je nieuwe woning. Het bedrag van die overwaarde wordt afgetrokken van het bedrag dat je moet betalen voor je nieuwe woning. Wat er overblijft, is de maximale lening waarover je nog hypotheekrenteaftrek kunt krijgen. Over alles wat je meer leent, krijg je geen aftrek. Dat is de kern van de bijleenregeling. De bijleenregeling voorkomt dus dat je belastingvoordeel krijgt als je de overwaarde niet gebruikt voor je nieuwe woning.

Voor de Belastingdienst heet overwaarde de eigenwoningreserve. De eigenwoningreserve is het vervreemdingssaldo dat ontstaat als je je woning verkoopt. Het vervreemdingssaldo is de verkoopprijs van je oude woning min de verkoopkosten en de resterende eigenwoningschuld (hypotheek in box 1).

De eigenwoningreserve vervalt na drie jaar. Als je vaker een eigen woning hebt verkocht, kan de reserve uit verschillende delen zijn opgebouwd. Elk afzonderlijk deel vervalt dan na drie jaar.

Koop je binnen drie jaar weer een woning? Dan vermindert je eigenwoningreserve de hypotheek waarover je rente mag aftrekken. Koop je na drie jaar weer een woning, dan kan de rente over het volledige hypotheekbedrag weer aftrekbaar zijn.